Haakneusslang
Hetrodon nasicus nasicus
Nederlandse benaming: Westelijke haakneusslang of Prairie haakneusslang.
Herkomst: Deze slangen komen voor vanaf het oostelijke deel van Mexico tot bijna midden Canada, dus een groot deel van het Midden-westen van Amerika.
Habitat: Droge zandvlakten en prairie gronden.
Voedsel: Verschillende prooidieren staan op het menu van deze slang,vanaf soortgenoten, padden, kikkers, kleine vogels, eieren tot kleine zoogdieren.
Bijzonderheden:
De mannetjes zijn kleiner als de vrouwtjes, mannetjes worden niet vaak groter als 50 cm daarin tegen worden de vrouwtjes tot wel 90 cm.
Omdat het slangen zijn die overdag actief zijn hebben ze behoorlijk veel vijanden, diverse soorten roofvogels, prairiehonden en Lampropeltis achtigen.Om zich te verdedigen hebben jonge dieren een hele bijzondere eigenschap:
Ze rollen zich op de rug laten een stinkende vloeistof die op bloed lijkt uit hun ogen en bek lopen en houden zich als dood.
De naam haakneus hebben ze gekregen omdat ze boven aan de neus een soort haakje hebben zitten wat ze gebruiken om te graven in zandgronden om te zoeken naar prooien.
De haakneus hoort wel degelijk tot de categorie gifslangen toch zijn ze niet veel giftiger als een gemiddeld insect.
De plaats van de giftanden zit achter in de bek ongeveer ten hoogte van de ogen.
Hierdoor is hij kauwgiftig.
Omdat de haakneus een rustig karakter heeft wordt hij zeer vaak in terrariums aangetroffen.
Normaal zijn de beten van deze slang te verwaarlozen, maar let wel op iemand die allergisch is voor insectensteken kon wel eens problemen krijgen met de beet van een haakneusslang.
Nederlandse benaming: Westelijke haakneusslang of Prairie haakneusslang.
Herkomst: Deze slangen komen voor vanaf het oostelijke deel van Mexico tot bijna midden Canada, dus een groot deel van het Midden-westen van Amerika.
Habitat: Droge zandvlakten en prairie gronden.
Voedsel: Verschillende prooidieren staan op het menu van deze slang,vanaf soortgenoten, padden, kikkers, kleine vogels, eieren tot kleine zoogdieren.
Bijzonderheden:
De mannetjes zijn kleiner als de vrouwtjes, mannetjes worden niet vaak groter als 50 cm daarin tegen worden de vrouwtjes tot wel 90 cm.
Omdat het slangen zijn die overdag actief zijn hebben ze behoorlijk veel vijanden, diverse soorten roofvogels, prairiehonden en Lampropeltis achtigen.Om zich te verdedigen hebben jonge dieren een hele bijzondere eigenschap:
Ze rollen zich op de rug laten een stinkende vloeistof die op bloed lijkt uit hun ogen en bek lopen en houden zich als dood.
De naam haakneus hebben ze gekregen omdat ze boven aan de neus een soort haakje hebben zitten wat ze gebruiken om te graven in zandgronden om te zoeken naar prooien.
De haakneus hoort wel degelijk tot de categorie gifslangen toch zijn ze niet veel giftiger als een gemiddeld insect.
De plaats van de giftanden zit achter in de bek ongeveer ten hoogte van de ogen.
Hierdoor is hij kauwgiftig.
Omdat de haakneus een rustig karakter heeft wordt hij zeer vaak in terrariums aangetroffen.
Normaal zijn de beten van deze slang te verwaarlozen, maar let wel op iemand die allergisch is voor insectensteken kon wel eens problemen krijgen met de beet van een haakneusslang.